Jullie zijn in die fase van jullie relatie gekomen dat jullie niets liever willen dan samen naar een huisje kijken. Je ziet het al helemaal voor je. Hij is net iets eerder thuis van werk en als jij thuiskomt zit hij op je te wachten. Jullie koken samen, eten samen en ploffen daarna samen op de bank om nog even heerlijk te chillen. Maar, je leert elkaar ook nog beter kennen. En dit zijn de dingen waar je van te voren niet aan denkt wanneer je gaat samenwonen, maar die wel degelijk ter sprake komen.

samenwonen-leren-femfem

1. Je moet je ochtendroutine ineens delen met iemand anders

Jij hebt een standaard ochtendroutine. Wanneer je wekker gaat, snooze je hooguit één keer. Vervolgens ga je uit bed, spring je onder de douche, kleed je aan en maakt een heerlijke smoothie voor jezelf klaar. Maar dan ga je samenwonen en moet je deze ochtendroutine ineens met iemand delen. Je vriend zet zijn wekker het liefst een half uur eerder om nog 4 keer te kunnen snoozen, voordat hij daadwerkelijk opstaat. Vervolgens wil hij uitgebreid douchen en zijn ontbijt bestaat uit een koffie en een boterham met hagelslag. Jullie willen op dezelfde tijd douchen, maar samen douchen kost al snel te veel tijd. Dit hoeft geen probleem te zijn, maar de eerste paar dagen/weken is het toch even wennen.

2. ‘Koken’ is niet voor iedereen hetzelfde

Lekker veel groenten, een uitgebreide maaltijd met wat stokbrood en aardappeltjes als bijgerecht, dat is wat koken voor jou betekent. En misschien was dit ook zo wanneer jij samen met je vriend ging koken toen jullie nog niet samenwoonden. Maar misschien heeft je vriend een hele andere betekenis voor ‘koken’. Lekker simpel, drie keer in de week een soepje, twee keer rijst met kip, een keer pizza en een keer pasta. Wanneer jullie gaan samenwonen kan dit voor onenigheid zorgen. ‘Alweer soep?’ denk jij bij jezelf, terwijl hij van mening is dat jullie helemaal niet zo vaak soep eten. Probeer hier een middenweg in te vinden. Drie of vier avonden in de week kook je uitgebreid, de andere dagen wissel je af met een simpele pasta, of inderdaad, een soepje.

3. Je komt erachter hoe schoon de ander écht is

Voorheen was het enige dat jullie schoon hoefden te houden je eigen slaapkamer. Een keer je lakens verschonen, stofzuigen en klaar is kees. Maar wanneer jullie gaan samenwonen wordt het ineens een heel ander verhaal. Verwacht hij dat jij alle huishoudelijke taken doet? Of vindt hij juist dat dit evengoed zijn taak is? Misschien laat hij alle afwas op het aanrecht staan of struikelt hij over jouw schoenen die overal door het huis slingeren. Het is belangrijk om hier vanaf het begin goede afspraken over te maken en er gelijk iets van te zeggen wanneer je je ergens aan irriteert. Wanneer je hier te lang mee wacht, is het al een gewoonte geworden en wordt het lastiger om het af te leren. Het huis is van jullie beiden en jullie moeten er samen voor zorgen dat alles schoon blijft.

4. Jouw ’thuis’ is ineens jullie ’thuis’

Je kunt niet meer zeggen; ‘Ik ga zo naar huis’, want jouw thuis is jullie thuis geworden. Wanneer jij van je werk naar huis gaat, is hij er waarschijnlijk ook. Je moet leren álles met elkaar te delen. Alle spullen zijn van jullie samen. Wanneer jij met je vriendinnen afspreekt, moet je dat met hem kortsluiten, want misschien had hij erop gerekend om een avondje samen op de bank te hebben. Je moet ineens met alles in je leven rekening houden met je partner. Dit zijn kleine dingen, maar wel dingen om rekening mee te houden. De avondjes op de bank zullen er ineens veel vaker zijn. Probeer te zorgen dat jullie nog steeds ieder een eigen leven hebben, om te voorkomen dat jullie op een gegeven moment in een sleur komen.

Wanneer je ineens veel meer op elkaars lip zit, is het mogelijk dat jaloezie een grotere rol gaat spelen. Zo voorkomen jij en je partner te veel jaloezie in jullie relatie.