zuidas

Hoe talentvolle studenten verdwijnen in de Zuidas-kantoren

Career22 apr , 15:30 doorFloor Velthuis
Simon van Teutem had zó op de Zuidas kunnen werken. Sterker nog, hij stond met één been binnen bij Morgan Stanley én McKinsey. Maar in plaats van een contract te tekenen, koos hij voor de journalistiek. Hij schreef een boek genaamd 'De Bermudadriehoek van Talent' waarin hij laat zien hoe de slimste koppen van zijn generatie met idealen beginnen en eindigen in het corporate keurslijf. Hij vraagt zichzelf af of we deze mensen niet veel beter op andere plekken kunnen gebruiken, plekken die de wereld verbeteren. En vooral waarom dit zo gebeurt.

Simon van Teutem 

Simon van Teutem heeft het zelf van dichtbij meegemaakt: zijn studiegenoten (en hijzelf) hadden allemaal grootse plannen. Het klimaat redden. De armoedecrisis bestrijden. Of - zoals van Teutem schreef in zijn motivatiebrieven - het aanpakken van internationale belastingontwijking.
Maar nu zeven jaar later, klinken deze plannen lachwekkend. Ze zitten niet bij de overheid of de Verenigde Naties, maar op de Zuidas - bij banken, advocatenkantoren en consultancyreuzen. 'De Bermudadriehoek van talent', noemt van Teutem het.
Waarom kiezen al deze talentvolle studenten voor dat harde corporate leven? Dat probleem zit dieper dan 'gewoon veel geld verdienen.' Volgens van Teutem hebben deze bedrijven iets veel krachtigers in handen: ze spelen in op het intellect van hyperambitieuze twintigers die bang zijn om 'middelmatig' te zijn.
Zo rollen de jonge talenten in een verslavende levensstijl - waarin de aandeelhouders en goede getallen oppermachtig zijn, zo zegt Simon.

Meer status voor impact?

Wat Simon van Teutem goed doet, is laten zien dat het systeem niet alleen anders moet, maar ook anders kán. Hij haalt bijvoorbeeld 'Teach First' aan, een Brits initiatief dat Oxford- en Cambridge-alumni werft voor het onderwijs. Niet door ze lekker te met idealen, maar juist door het onderwijs net zo aantrekkelijk te maken als een traineeship bij een topbank.
En daar zit iets in, want er moet toegegeven worden: status en exclusiviteit werken. Het probleem is dus niet dat jongeren geen idealen hebben, maar dat banen die écht impact maken vaak worden verpakt als 'liefdadigheids'-werk. Terwijl ze misschien nog wel beter zijn in 'het verschil maken' dan de grote corporate banen waar je zo'n 80 uur per week naar je computerscherm staart.

Dus… is het gevalletje verloren talent? 

Misschien zijn al die talentvolle studenten die tóch hebben gekozen voor het corporate leven nog niet eens. Misschien zijn ze - net als Simon zelf bijna ook deed - gewoon even de verkeerde kant op gelopen. Het boek 'De Bermudadriehoek van Talent' biedt in ieder geval een inkijkje in de corporate-verleidingen waar studenten aan het begin van een carrière mee te maken krijgen. Want ergens tussen het kantoor met professionele barista's en de klimaatcrisis zit een generatie die wíl, maar misschien gewoon beschermd moet worden tegen alle grote beloftes van 'The Big Five'.
Als we willen dat het toptalent niet verdwijnt in eindeloze conferencecalls, moeten we ook iets teruggeven: waardering en uitdaging. Want idealisme en ambitie hoeven elkaar écht niet uit te sluiten.